Ik ben nog altijd niet uitgeleerd

Nouveau - 2017 - tekst: Annette Wierper - fotografie Anouk de Keermaeik

Janneke Brinkman viert dit jaar haar 25-jarige jubileum als botanisch tekenaar met een overzichtstentoonstelling van haar werk in Slot Zeist. Ze studeerde biologie aan de VU in Amsterdam. Tijdens haar studententijd ontmoette ze haar grote liefde, Elco Brinkman, later minister van Welzijn, Volksgezondheid en Cultuur in de eerste twee kabinetten Lubbers, nu senator voor het CDA. Na haar studie stond Janneke een paar jaar voor de klas, maar na de geboorte van haar tweede kind besloot ze meer werk te maken van haar passie: het botanisch tekenen. Janneke: “Het bijzondere is dat een botanisch tekenaar tegelijkertijd verschillende kanten van een plant kan laten zien; behalve blad of bloem kun je op de tekening ook de aanzet van het blad aan de steel tonen, de bloem met stampers en meeldraden en de knoppen. Esthetiek en wetenschap te combineren, dat probeer ik.”

SFEERVOL STADSPALEIS

Het negentiende-eeuwse pand van Janneke en Elco Brinkman staat aan de oude vestingwal van Leiden, een voormalig studentenhuis. Het is met uiterste zorg teruggebracht naar wat het ooit geweest moet zijn; een in eclectische stijl opgetrokken stadspaleisje met monumentale plafonds, barokke open haarden, indrukwekkende trappartijen en romantische balkons. Veel bloemen natuurlijk; in vazen, maar ook op schilderijen.

GROENE OASE

Kers op de taart van de verbouwing was de herinrichting van de tuin, ooit een onbeduidend plaatsje. “Omdat het om een stadstuin ging die moest harmoniëren met het historische pand, moest ik mijn favoriete idee van een bloementuin met bloeiende borders en waterpartijen loslaten. Zo’n plek vereist een meer symmetrische indeling. De taxus – en buxushagen vormen nu de altijd groene basis waarin ik, afhankelijk van de seizoenen, in de borders kan spelen met kleurige, eenjarige planten. Potten met bloeiende planten en twee mooie beelden onderbreken de strakke buxuslijnen.”

KWETSBAAR OPSTELLEN

De start van Janneke’s carrière was niet gemakkelijk. “Ik had me niet genoeg gerealiseerd dat ik als ministersvrouw extra in de belangstelling zou staan. De pers had geen goed woord over voor mijn eerste expositie. Ik heb er veel van geleerd, onder andere dat ik nóg kritischer naar mijn eigen werk moest kijken.” Toen Elco ziek werd – in 1998 en in 2002 kreeg hij Non-Hodgkin, een vorm van kanker – waren hij en Janneke direct open over dit drama in hun leven. Janneke: “Aan de ene kant hoeven mensen niet alles van je te weten, maar aan de andere kant is er niks mis mee om iets meer van jezelf te laten zien en je een beetje kwetsbaar op te stellen. Wij hebben in die jaren veel positieve kracht kunnen putten uit de ervaringen van anderen. Dat kom je niet te weten als je zelf de gordijnen dichthoudt.” Het liep goed af, ook met de dochter en de schoonzoon die ernstig ziek werden. “Hoewel het buitengewoon verdrietige gebeurtenissen waren, konden we toch positief blijven; we wisten dat zo’n ziekte niet per definitie fataal hoefde te zijn.”

ELCO’S LUSTRUMDAME

“De studie in Amsterdam was wennen voor mij, als gereformeerd provinciaaltje. Het was de tijd van Provo, het Maagdenhuis. Ik ging er volop in mee, stemde zelfs op de Kabouters, wat Elco me nog steeds kwalijk neemt! Een kamer op Uilenstede, de studentenflat van de VU, mocht niet van mijn ouders, dat was Sodom en Gomorra. Zo kwam ik bij een vriendin van mijn moeder terecht, wier man dominee was. Er woonde nog een dochter thuis. Nou, die was nog een graadje erger, ik werd er in één klap heel wijs van. Ik vond alles spannend, wilde overal bij zijn, ging naar vergaderingen over inspraak. Elco, die politicologie en rechten studeerde, vroeg me na een partijtje bridge als zijn lustrumdame. Hij is het beste wat me ooit is overkomen. Ik heb echt geboft. Wij hebben elkaar de ruimte gegeven om onze idealen te verwezenlijken en ik vind dat best bijzonder. Dat je je als vrouw zo zelfstandig kon ontwikkelen, was toen echt nog niet zo vanzelfsprekend.”

VELDTOCHT

Van Jannekes postzegels gaat de opbrengst naar het Nationaal Ouderenfonds, waarvan ze sinds 2008 ambassadeur is. Om haar techniek te verfijnen, volgde ze lessen bij gerenommeerde kunstenaars. “Ik verheug me nog steeds in een grote schare fans, die van mijn werk houden en die mij stimuleren om steeds weer nieuwe wegen te zoeken. Maar ik bewonder zelf ook diegenen die mij altijd tot voorbeeld zijn en van wie ik nog altijd graag wil leren.”

Kijk verder